Hello

Dat is wat we nu van verre krijgen toegeroepen, in plaats van het Sabaidie in Laos. De begroeiing is even warm en enthousiast.  Onze verwachtingen over Cambodja op de fiets waren niet echt hooggespannen. Onder fietsers is Cambodja berucht om zijn slechte wegen. Stofwolken in het droge seizoen en dikke moddder in het natte seizoen. Verder zouden de afstanden lang en het landschap saai zijn. Gelukkig klopt dat niet met onze eerste waarnemingen. Eigenlijk hebben wij Cambodja al in ons hart gesloten. De eerste dag fietsten we door het grensgebied met Laos. Dat was een volkomen verlaten gebied met jungle, maar niet die jungle die we in de bergen zo mooi vonden. Het is een droog, begroeid niemandsland. Niet spectaculair en inderdaad soms wat saai. De stad waar we overnachtten was weer een derde-wereld stad, stoffig en vies. Veel plastic zakjes in het landschap, zoals we dat in deze mate voor het eerst in Marokko tegenkwamen.

Om het fietsen in niemandsland te verkorten hebben we een stuk de bus genomen. Daarna werd het meteen weer leuk. Een mooi weggetje langs de Mekong met heel veel ‘Hello-geroep’ ,een boottochje, waarbij we Dolfijnen hebben zien zwemmen en ’s avonds samen eten met een Frans en een Australisch stel, die dezelfde etappes afleggen als wij.

Gisteren hebben we met de Australiers in een heel mooi gerenoveerd koloniaal huis gedineerd. Voor het eerst sinds lang met een fles heerlijke Corbieres. We kregen een rondleiding door het huis van de Franse manager. Het huis moet ook hotel gaan worden. Het is heel smaakvol ingericht met prachtige badkamers en balkons met heerlijke stoelen met uitzicht op de Mekong, maar het is ook een enclave: zoveel comfort, luxe en geld in een omgeving die zo arm is en zich moet weren tegen het stof. Het voelt niet onverdeeld goed.

Vandaag, zondag 28 december, hebben we de mooiste tocht tot nu toe in Cambodja gemaakt. We hebben niet het advies van ons fietsboekje gevolgd, maar hebben een alternatieve route gekozen, die niet helemaal verhard is. En ja, het was erg stoffig soms en moeilijk rijden, maar daarom juist zo uniek en prachtig. We zaten echt in de bush. Verkeer was er nauwelijks, want de mensen hebben nauwelijks auto’s. Wel wat brommertjes, maar men gaat met de ossekar naar het veld. Tractoren of de kleine motoren die in Laos overal voor worden gebruikt, zagen we nauwelijks. Het smalle weggetje is omzoomd met bananen- en palmbomen en houten paalwoningen, die vlak aan de weg staan en waar omheen de mensen hun bedoeninkje hebben met hun kinderen, de koeien, ossen, kippen, hanen en honden. Gewoon aan de straat dus en daar fiets je dan doorheen en dat gaat niet ongemerkt voorbij. Dit maak je echt alleen op de fiets mee. Ook de Fransen en de Australiers hebben deze etappe gedaan en we waren unaniem van mening, dat dit echt een unieke ervaring is geweest. De mensen die hier zo primitief hun bestaan moeten realiseren lijken niet ongelukkig, maar ze zijn wel arm. Niet alle kinderen gaan naar school. Er ligt een vreselijke geschiedenis: 30 jaar geleden was dit land volkomen verscheurd door de heerschappij van de Rode Khmer. Mensen werden gedood door hun eigen familie, werden van de stad naar het platteland verbannen of als zeflstandige boer tot slaaf gedegradeerd. Veel intellectuelen zijn gedood of gevlucht en dat heeft natuurlijk gevolgen voor de opbouw van dit land, waar men wel mee bezig lijkt te zijn. Van die geschiedenis zie je niets en we hebben ook nog geen mensen gesproken die ons daar meer over konden vertellen. Wel horen we dat de pijn er nog zit.

Cambodja wordt hoofdzakelijk bevolkt door Khmers. Er zijn kleine groepen minderheden. De Khmers zijn herkenbaar aan geruite doeken ( de krama) in verschillende kleuren, die ze, zowel mannen als vrouwen, als hoofddoek dragen, als halsdoek en mannen vaak ook als lendedoek. Verder vind ik de Khmer-vrouwen minder elegant gekleed dan de Lao-Vrouwen. De Lao-vrouwen dragen mooie handgeweven zijden of katoenen sarongrokken, meestal met bijpassende, getailleerde bloesjes. De Khmervrouwen dragen soms ook Sarongs, maar dan van batikdoek en ik denk dat de stof van de fabriek komt. Ze dragen die rokken veel slordiger met niet bijpassende t-shirts of bloeses en truien. Ze dragen ook veel broeken en wat ik echt niet mooi vind: pyama’s. Echt zoals wij ze als pyama kennen. Soms van zijde, maar vaak ook van een roze of blauw katoentje, met bloemetjes. Het gebied waar we vandaag doorheen fietsten kent ook veel moslims. De vrouwen zijn heel kleurig gekleed. Mooie hoofddoeken en wijde rokken, zigeunerachtig.

Kortom: de 4 daghen dat we nu in Cambodja zijn hebben ons een warm gevoel voor dit land gegeven. Ik ben blij dat we hier nog even de tijd hebben.

Eveline

Reacties

Hello — 1 reactie

  1. Frans & Eveline,
    weer een ontzettend interessant verhaal om te lezen. Geniet ervan en alvast een heel goed uiteinde (of doen ze daar ook niet aan?)
    Groet, Susanne